woensdag 6 september 2006

bitterlemon.eu - DE FRUITVLIEG

een column, door Tom Zwitser, 6 september 2006

Afgelopen maand ben ik verhuisd naar een ‘tijdelijk’ appartement dat een afbraaknominatie heeft. Het hoogtepunt is zonder meer een
ouderwetse doorzonkamer, met - u kent het wel - tussendeuren en daarin kleine ruitjes. Een eigen appartement is voor mij een heerlijkheid
waar zelfs niet mee valt te spotten wanneer ik het voor korte tijd kan bewonen. Ik geniet er elke dag van. Nog geen jaar geleden zou ik,
waar ik ook woon, subiet vervallen tot kluizenaarsgedrag, waarbij elke ruimte in het huis bezaaid zou wordt met rommel, boeken en
(af)was. Maar op miraculeuze wijze heb ik dit gedrag in een klein jaar meer dan afgeleerd. Wanneer ik mijzelf in mijn woonsituatie op dit
moment zou moeten beschrijven, dan zou de tekst linea recta in een kennismakingsadvertentie geplaatst kunnen worden: Ik ben een nette
jongeman en woon in een representatief appartement dat – o schande – afgebroken moet worden binnen een afzienbare tijdsbestek. Ik heb
vandaag zelfs de afwas van drie dagen gedaan, voordat ik aan het echte werk ben begonnen.

Toch is niet alles koek en ei. Er is een ding dat mij mateloos verbaast en beledigt. Er zijn fruitvliegjes. Ze zitten in de keuken, op het balkon,
zwermen rond de prullebak en de koelkast en komen op hun dooie akkertje de woonkamer binnen zweven. Ik heb geen idee wat ze bezielt,
want het is er gewoon schoon. Kraakproper zelfs. Wanneer ze nu met z’n allen een bananeschil zouden verorberen zou ik het nog kunnen
begrijpen, maar die ligt er niet. Alle etensresten doe ik keurig in een dicht zakje in de prullebak en rond de koelkast valt er evenmin iets te
schnabbelen voor een fruitvlieg. Ze wachten ook niet tot ik in de keuken met voedsel aan de gang ga, noch tot ik de boodschappentas
uitpak. Want juist dan vluchten ze in grote getale naar een onbereikbaar plekje waar ik ze niet zie. Ik sta telkens weer verbaasd te kijken
naar de plekjes waarvan ik ze zie opvliegen. Er is namelijk niets te zien. Een doekje erover? Maakt niets uit. Een schoon doekje dan? Het
maakt het zo mogelijk nog erger.

Ze gaan inmiddels op het tuitje van het zeeppompje zitten. Wat ze er doen weet ik niet, maar ik vraag me wel af sinds wanneer fruitvliegjes
een voorkeur hebben voor chemische zeeparoma’s. Ik constateerde daarna dat zelfs de fruitvlieg onbekende werelden ter verkenning is
ingeslagen. Ik zou de Nederlandse fruitvlieg van een existentiële crisis kunnen verdenken. Ze werpt haar fruitvliegschap zonder scrupules
over boord en houdt er bezigheden op na die ze inzake haar scheppingsopdracht niet zou mogen najagen. Integendeel, ik denk nu wel dat
Adam de paradijselijke ceremonie van de naamgeving beter vergezeld had moeten laten gaan van een wederzijdse convenant waarin de
fruitvlieg zich met zijn wijfje contractueel verbindt aan de werkzaamheden die logischerwijs uit zijn naam volgen, en zich geen vrijheden
buiten deze veroorlooft, dan die van voortplanting en opvoeding van larfjes die uit de verbintenis van de fruitvlieg en zijn wijfje voortkomen.
Adam had op zijn minst iets strenger kunnen zijn in exclusieve verbintenis van de naam en de daarbij behorende werkzaamheden.

Ik spoel tegenwoordig de afwas direct af om ze geen voet tussen de deur te geven, en stapel het servies daarna pas op op het aanrecht.
Afwassen is daarmee een bezigheid geworden die twee keer in de week snel af te handelen valt, want er is amper vuil op te bekennen.
Slechts wat vettigheid of enkele hardnekkige plekjes hebben een sopje nodig. Maar als ik niet aan de gereed staande afwas werk, doen de
volksstammen fruitvliegjes het wel, en als er geen afwas is, dan strijken ze met tientallen neer op het juist geboende aanrecht, alsof ze een
wonderbare spijziging verwachten. Ondanks mijn aansporingen om te verdwijnen – ‘gezegend zijn de fruitvliegjes die geen onschuldige
mensen lastig vallen’ – blijven ze geduldig wachten. Ze gaan zelfs op het bakje zitten waar ik het koffiedik van de espresso in uitklop.
Bovenop het koffiedik met de hele familie. En als ik zeg dat ze helemaal geen koffie lusten en mij verdriedubbeltjes niet voor de gek moeten
gaan houden, gaan ze flierefluitend boven het koffiedik hangen en maken een sierlijke looping of roll voor de pret. Maar wanneer ik weg
ben zetten ze zich weer rustig aan het koffiedik.

Ze zijn echter nog decadent ook. Als ik ’s ochtends juist met een kop hete espresso naar de woonkamer ga om daar nadromend van de
koffie te slurpen, geven ze er de voorkeur aan om mee te vliegen en wanneer ik even niet oplet is de koffie al op, voor ik er zelf van heb
kunnen drinken. Ze misbruiken mijn mentale ochtendtoestand. ’s Morgens wil ik helemaal niet op mijn koffie letten, dan wil ik er
onnadenkend van genieten. ’s Middags doen ze dat niet want dan ben ik veel alerter. Ze weten precies wanneer ze iets wel of niet kunnen
maken. Ik vindt het een geniepig beest, die fruitvlieg. Laat zij zich bij haar fruitrestjes houden.

Vanmorgen heb ik daarom de hele keuken gezuiverd, het balkon ontsmet (het was amper smerig), de hele afwas integraal schoongeboend
en het keukentextiel gewassen en het daarna te drogen gehangen. Ik heb de perculator glimmend opgepoets en het bakje koffiedik ontdaan
van zelfs maar het minste vleugje koffiearoma. Daarna heb ik de keukendeur naar het balkon wagenwijd open gezet en een staakt het
vuren van een dag afgekondigt aan de fruitvliegjes zodat alle fruitvliegjes uit de hele buurt zich vrijelijk kunnen overtuigen dat er in mijn
kraakhelder appartement niets te halen valt voor willekeurig welk ondier. Maar wie zich, een fruitvlieg zijnde, na vandaag nog vertoont in
de van rechtswege aan mij verhuurde verblijven, kan een spoedige dood tegemoet zien. Zo wreed zal ik zijn.

Ik zal u vertellen, nu ik eindelijk, voor het eerst in mijn leven een zeer nette jongeman ben geworden die een representatief appartement
bewoont (met karakteristieke ruitjes in de tussendeuren van de doorzonkamer), zweven de fruitvliegjes plotsklaps in zonsverduisterende
zwermen rond mij en mijn woonstee. Wanneer dit niet ophoudt, zal ik er daarom zo snel als mogelijk is voor zorgen dat ik, nog meer dan
in mijn fruitvliegjesloze jeugd, weer een zeer slordige, voor mijn part vieze jongeman wordt. De WC-eend en de dreft gooi ik over het
balkon en de vloeren zullen bezaaid liggen met rottende bananeschillen en vuile was. U zult zien dat er geen fruitvlieg meer te bekennen zal
zijn. Ik zal mijn espresso weer kunnen opdrinken in een blakende ochtendzon. Want op deze manier is het toch geen doen meer.

Geen opmerkingen: